Berichten

Man die tien miljard mensen wil voeden, wereldondernemer van het jaar

Murad Al-Katib uit Canada is de ‘Wereldondernemer van het Jaar 2017’. Met zijn bedrijf AGT Food gaat hij de uitdaging aan proteïnen te kunnen leveren voor een wereld met tien miljard mensen.

Als zoon van een Turkse migrantenfamilie in Canada je vaste job bij de overheid opzeggen terwijl je vrouw zwanger is van een tweeling, de boer opgaan om Canadese boeren ervan te overtuigen over te schakelen op teelten als bonen en linzen, en vervolgens met proteïnerijke voedselpakketten vanuit je kelder de wereld op dertien jaar tijd veroveren. Ziedaar in een notendop het verhaal van Murad Al-Katib, die met dat idee ‘AGT Food and Ingredients’ uitbouwde tot een bedrijf van anderhalf miljard dollar omzet, met 2.000 werknemers. Het levert linzen en verschillende variëteiten bonen aan 120 landen.

Een groot deel van de voedselpakketten voor Syrische vluchtelingen in de vluchtelingenkampen bijvoorbeeld komen van AGT Food.

‘Ik geloof niet in een onderscheid tussen sociaal ondernemerschap en ander ondernemerschap. De sociale bestaansreden is voor élke ondernemer essentieel geworden “- Al Katib

Lees meer over zijn bedrijfsfilosofie, met een grote ‘verbeter de wereld’-factor, in de Tijd.

Voor Nederland schopte Pieter Zwart, de CEO van de stevig in België aanwezige e-commercespeler Coolblue, het tot in de finale.

Voorwaarden voor kansrijke start als sociaal ondernemer in de zorglandbouw

Opstarten van een sociale onderneming is moeilijker geworden door grote veranderingen in de financiering van de zorgsector. Dit komt naar voren in een onderzoek van de Wetenschapswinkel van Wageningen University & Research.
Vooral sociaal ondernemers die zich richten op de doelgroep mensen met een grote afstand tot de arbeidsmarkt hebben het lastig. Wil je als startende sociaal ondernemer een kans maken, dan moet je van tevoren goed nagedacht hebben over de te maken keuzes en een stevig business plan hebben. De onderzoekers geven in hun rapport ‘Sociaal ondernemerschap in de zorglandbouw’, 10 basisvoorwaarden voor een kansrijke start als sociaal ondernemer.

Zo geven zij aan dat het verstandig is stil te staan bij de keuze voor je producten of diensten. Niet alleen omdat je een afzetmarkt moet hebben maar ook omdat je te maken hebt met een doelgroep die specifieke ontwikkeldoelstellingen heeft.

Het is bijvoorbeeld belangrijk om een diversiteit aan activiteiten op je bedrijf te hebben en jaarrond werkzaamheden te kunnen bieden.

Voor het maken van een goede start als sociaal ondernemer is het cruciaal om te weten hoe de financiering van de zorg geregeld is. Welk beleid heeft een gemeente, hoe ziet de sociale kaart eruit en wie zijn de contactpersonen? Dit vergt lobby en marketingvaardigheden.
Bij de opstart van een sociale onderneming is het van belang overheden aan de onderneming te binden. Dat kan door de impact van de onderneming zichtbaar te maken en daarnaast goed te kijken hoe deze aansluit bij doelen of uitdagingen van overheden en instellingen.

Zie voor meer informatie het rapport Sociaal ondernemerschap in de zorglandbouw – Voorwaarden voor een kansrijke startop de site van Wageningen University & Research.

Voor maatschappelijke impact is gezonde financiering een must!

Om maatschappelijk impact te kunnen maken is financiering ook voor sociale ondernemers een must. Sprout-expert Bert Wams zet de opties op een rij.

 In zijn artikel stipt hij de specifieke mogelijkheden aan voor sociaal ondernemers. Dat er soms voor een hybride vorm wordt gekozen is een feit. Dit is, mijns inziens , een goede zaak als je maar wel voor ogen houdt dat je gaat voor een gezonde vorm van financiering, die een duurzaam effect heeft.

Vanuit het perspectief van financiering en investeren zijn financieel zelfvoorzienend zijn en het beperkt of niet afhankelijk zijn van giften en subsidies belangrijke uitgangspunten.

Een – vaak eenmalige – subsidie in de startfase is mooi meegenomen, maar biedt geen continuïteit voor de lange termijn.

Benieuwd naar zijn opsomming en de opties die hij toelicht? Lees het gehele artikel en wellicht zit er een kans voor jou bij.

Gezocht: Minister voor nationale impact

De Minister voor Nationale Impact? Waar gaat dat over? Bestaat die functie? Wat wil Ebbinge daarmee zeggen? Dit zijn wellicht vragen die zijn ontstaan bij het lezen van onze advertentie.

Het is een advertentie voor een niet bestaande functie. Toch stond hij in de krant. Het is hun suggestie voor het komende kabinet. De tijd is rijp om op een nieuwe manier om te gaan met politiek-maatschappelijke en economische kwesties. Om andere – meer duurzame en sociale – normen te hanteren.

Zoals je begrijpt zou ik zo’n nieuwe positie in het kabinet toejuichen. Stappen dichterbij het feit dat sociaal ondernemen de norm wordt.

Individualisme gaat plaats maken voor verbinding. Dat is weggelegd voor hen die het lef hebben om sociaal ondernemen als dè vorm van ondernemen te zien. Duurzaam acteren en de organisatie activeren vanuit de purpose: wat is het hogere doel? Met andere competenties of ander gedrag.

Nieuw leiderschap betekent: vertrouwen, loslaten en adaptief zijn, samenwerken en verbonden zijn, stimuleren van innovatie en omdenken. Dat vergt ook kwetsbaar zijn, de balans tussen voelen en begrijpen. Kortom, impact willen hebben. Dat deze richting bepalend gaat worden en zoals Ebbinge hiermee onderschrijft.

Gezocht: Minister voor nationale impact
voor duurzaam en sociaal ondernemerschap

Wij (=Ebbinge) geven hiermee een suggestie voor nieuwe positie in vooruitstrevende strategie van het komende kabinet. Inspelend op behoefte in samenleving om een nieuwe koers in te slaan.

De maatschappij verandert in hoog tempo en vraagt om andere oplossingen. Wat jaren heeft gewerkt om van Nederland een mooi en gelukkig land te maken, is niet meer effectief. Een nieuwe visie op de samenleving is nodig. Om het hoofd te kunnen bieden aan de uitdagingen waar ons land, Europa en de Wereld voor staan. Dit vraagt om anders denken, doen en lef. Welvaart maakt plaats voor welzijn.
Duurzaamheid en profijt voor komende generaties vervangen korte termijn-denken. Met sociaal ondernemerschap als dé vorm van ondernemen. Dat het kan, weten wij uit ervaring. Wij denken dat deze richting bepalend gaat worden. Het vraagt om nieuw denken en nieuw leiderschap van directies en toezichthouders uit de publieke sector en het bedrijfsleven. Met hen willen wij het echte gesprek aangaan over wat hiervoor nodig is voor nu en in de toekomst. Het is daarmee ook onze ambitie echt iets te betekenen voor de maatschappij. En desgewenst voor het nieuwe kabinet 🙂

De mooiste vacature sinds eeuwen, en mochten ze willen weten hoe en of wie, dan wil ik ze best helpen. Op weg, ik hoef het zelf niet te worden 🙂

De businesscase van het terugdringen van voedselverspilling

In Nederland worden jaarlijks miljoenen tonnen goed voedsel, met een waarde van zo’n 5 miljard euro, verspild. Voor de negatieve impacts van voedselverspilling is genoeg aandacht. Een kant die tot nu toe onderbelicht is gebleven, is de businesscase van voedselverspilling.

Voedselverspilling aanpakken: wat kost het, welke investeringen vraagt het en wat levert het op in euro’s? Afgelopen maand verscheen namens de Champions 12.3 coalitie een publicatie met een unieke globale analyse van de businesscase van het terugdringen van voedselverspilling. Hierbij zijn bijna 1200 bedrijfscases meegenomen, vanuit zeventien landen en van bedrijven uit verschillende sectoren.

De conclusies van het rapport zijn overduidelijk:
n 99% van de cases was sprake van een positieve ‘Return On Investment’. Het beeld is herkenbaar vanuit de tientallen projecten die Wageningen University & Research afgelopen vijftien jaar met bedrijven uit de gehele voedselketen heeft uitgevoerd. Er zijn altijd significante economische voordelen te behalen, met een goede ROI. En er zijn altijd barrières die overwonnen moeten worden, om tot grootschalige implementatie en impact te komen. Veelal intern binnen de organisatie of in ketensamenwerking.

Bedrijven delen niet graag informatie over de voordelen en kosten van de investeringen om voedselverspilling terug te dringen. Deze Champions 12.3 studie is dan ook de eerste in haar soort.

Lees meer in het artikel van Toine Timmermans (Programma manager duurzame voedselketens Wageningen Food en Biobased research) over de financiele voordelen en de drempels en barrieres bij een gerichte strategie tegen voedselverspilling.

het vraagt om eigenaarschap en ook lef om de bekende werkwijzen en hieraan gekoppelde gedragsmechanismen aan te passen

Los van de goede voorbeelden; over de hele linie schieten we nog niet genoeg op met het terugdringen van verspilling. En dat terwijl er genoeg bedrijven mee bezig zijn of juist in actie willen komen. Dit is de aanleiding voor het ontstaan van The Source Shakers: een community voor oplossingen tegen voedselverspilling waar ondernemers, studenten, startups en wetenschappers hun krachten bundelen om bestaande en nieuwe oplossingen tegen voedselverspilling meer impact te laten hebben en oplossingen te versnellen.

Het mooie van de Source Shakers is dat ze zich richten op trajecten met organisaties in de gehele keten. Van boer, snijderij, groothandel tot supermarkt, en ook voor zowel MKB-ondernemers als multinationals.

Verdieping, verbinding en versnelling

Door deze wijze van samenwerken is het doel in 2017 met twintig tot dertig bedrijven kansenkaarten te ontwikkelen om de businesscase voor economische, sociale en ecologische winst scherp te maken waardoor het voor nog meer bedrijven aantrekkelijk wordt om deze te gaan realiseren.

 

Sociaal ondernemen: een alternatief voor onze roofbouw-economie

Follow The money publiceert een reeks artikelen over sociaal ondernemerschap. Dit artikel is de eerste in de reeks Hoe kunnen we in Nederland een ecosysteem creëren waarin de sector optimaal kan floreren? En wat is de rol van andere partijen — van de overheid en business schools, tot impact-investeerders en pensioenfondsen — hierin?

Na een introductie over sociaal ondernemerschap gaat het artikel in op de professionalisering, de kansen en uitdagingen en de toekomst van deze sector.
Willemijn Verloop blikt terug op de afgelopen zes jaar en ik kan je vertellen, in de ruim tien jaar waarin ik werk in dit veld, beaam ik haar omschrijving van het begin. Ook ik moest het steeds uitleggen en nu worden we, en onze collegae, herkent en meer erkent. Al betekent dat soms ook uitleggen, want voordat het serious business werd waren wij er immers al.

Ook is het allemaal niet meer zo kleinschalig als in het begin. In het artikel worden voorbeelden als Grayston Bakery en Tony’s Chocolonely  aangehaald in dat kader.

Toch loopt Nederland achter op koplopers zoals Engeland. ‘Waar in Engeland één op de vier startups expliciet een maatschappelijke missie heeft, is dat er in Nederland één op de vijfenzeventig’, aldus Klomp, boeddhist en bedrijfsadviseur op het gebied van betekenisvol ondernemen.

Er valt nog een hoop te winnen

Volgens McKinsey kan de Nederlandse Social Enterprise sector zich de komende jaren vervijfvoudigen. Maar om de groei te versnellen en nieuwe spelers aan te trekken is professionalisering over de gehele linie noodzakelijk.

een ideaal eco-systeem

Keypoints zijn daarin onder andere erkenning en herkenning. Of het nou de overheid, het publiek, de wetenschap of het bedrijfsleven is, erkenning en herkenning van sociale ondernemingen – en het feit dat schaalbaarheid en sociale impact hand in hand gaan – is een belangrijke stap richting versnelling.
De overheid, faciliterende netwerken en impact investeerders kunnen hieraan bijdragen door hun kennis over succesvolle sociale ondernemingen te delen en meer met sociale ondernemers samen te werken.

Daarnaast kan de overheid, door te faciliteren en kansen te creëren, een sleutelrol spelen in de verdere ontwikkeling van de sector. Onder andere op het gebied van aanbestedingen als in het leven roepen van een modaliteit van de BV:een nieuwe rechtsvorm, waarin onder andere de maatschappelijke kern statutair vastligt. ‘
Dit biedt fiscaal, als ook investeerders kansen voor de sociaal ondernemer.

En natuurlijk, ook al heel lang ons aandachtspunt : Daarnaast zal de sector moeten inzetten op het managen en meten van impact.
Universiteiten, onderzoeksinstituten en pragmatische consultants in het veld kunnen een belangrijke rol spelen in het ontwikkelen van gestandaardiseerde meetinstrumenten. En laten wij in SElab nu een samenwerkingsverband van allen zijn.

Sociale ondernemers spelen een belangrijke rol in het creëren van een inclusieve en circulaire economie. Het zijn koplopers die laten zien dat het anders kan. Of zoals Klomp het mooi verwoordt: ‘Over twintig jaar vinden we bedrijven die alleen maar heel veel geld verdienen en geen maatschappelijke waarde creëren idioot. Daar ben ik van overtuigd.’

Ik ook al mag het van mij wel wat sneller !

 

 

De moeite waard- tweetal reeksen over Impact meten en investeren in sociaal ondernemerschap

Nu even geen blog van eigen hand, wel aandacht voor een reeks blogs/artikelen die te maken hebben met impact maken, investeren en meten.

Allereerst : Geld verdienen én een verschil maken? Investeer in sociaal ondernemerschap – FTM

Samen met MaatschapWij, een onafhankelijke beweging die zich inzet voor positieve maatschappelijke vernieuwing, maakt Follow the Money een serie videoportretten.

Deze keer: Warner Philips, die als impact-investeerder laat zien dat geld verdienen en impact hebben heel goed samengaan. In 2015 wordt, als aanmoediging voor andere investeerders, Social Impact Ventures opgericht.

We investeren alleen in sociale ondernemingen die kunnen aantonen dat er een markt is.

Vervolgens is het de kunst om zo’n sociale onderneming op te schalen. Om de juiste koers te bepalen moet de impact die het bedrijf maakt – en de komende vijf jaar gaat maken – inzichtelijk worden gemaakt.

Lees meer over Warner’s visie en Social Impact Ventures en beluister zijn videopotret.

Ten tweede een serie van meerdere gastblogs over het thema ‘impact’ op SoCreatie .
Hierin wordt de komende tijd verkent wat deze term nu eigenlijk betekent. Wat is het belang van impact meten en hoe kun je te werk gaan? En ook kijken naar concrete voorbeelden van impactmetingen bij sociale ondernemers.
De eerste twee blogs zijn inmiddels verschenen.

Afgetrapt wordt door ons eigen Team Impact over het belang van impact meten. Over het waarom en wat ervoor nodig is om dit sectorbreed toe te passen.

Sociaal ondernemers zijn zich ervan bewust dat impact meten niet langer een luxe is, maar noodzaak!

Waarom is het nu zo belangrijk en wat kan het bijdragen aan jouw organisatie zelf en aan de maatschappij ?
Lees verder hoe het generiek en toepasbaar wordt, ook voor jouw organisatie.

Daarna was het de beurt aan Jochem Gietema van Eenergiekliek. In dit artikel laat Jochem enkele digitale mogelijkheden zien die de impact van een bedrijf inzichtelijk maken.

Automatisering zorgt ervoor dat je minder tijd en geld kwijt bent aan het meten van je impact én dat je beter zicht krijgt op de status van je onderneming. Dat helpt je om nog meer impact te maken.

Hij licht dit ook toe met een voorbeeld uit eigen praktijk. Lees meer over de toekomstdroom van een site waar sociale ondernemingen in realtime hun impact meten en tonen.

Veel leesplezier ! En spreken de ervaringen en verhalen je aan en wil je meer over impact meten weten? Stuur me een mail en we wisselen graag verder met je uit!

 

Arbeidsmarkt kan inclusiever worden

De arbeidsmarkt dreigt steeds exclusiever te worden door vergrijzing, flexibilisering en digitalisering. Vooral kwetsbare groepen van de beroepsbevolking zijn hiervan de dupe.

In Sociale Vraagstukken (waarbij wetenschappers en professionals hun licht laten schijnen op maatschappelijke kwesties) legt Charissa Freese  uit hoe overheid, werkgevers en werknemers samen kunnen werken aan een meer inclusieve arbeidsmarkt.

Daarin belicht ze de volgende trends :

Onlangs werd de AOW-leeftijd verder opgeschoven, ditmaal tot 67 jaar en drie maanden. Daar zal het niet bij blijven, aangezien de kans om honderd jaar te worden sterk stijgt (NIDI, 2016). Werken tot wellicht wel je tachtigste kan nodig zijn om AOW en pensioen betaalbaar te houden.

Flexwerkers zijn slechter af 

Een tweede trend die leidt tot een exclusievere arbeidsmarkt is flexibilisering. Inmiddels werkt één op de drie werkenden op flexibele basis, tegen lagere sociale en inkomenszekerheid dan werknemers met een vaste baan. Flexibele arbeidsrelaties zijn nogal scheef verdeeld over de beroepsbevolking, met name jongeren, laagopgeleiden en allochtone werknemers hebben er vaker mee te maken.

Veel vaste banen verdwijnen door digitalisering

De derde trend die inclusiviteit op de arbeidsmarkt bedreigt is robotisering of digitalisering. Over de vraag of er meer of minder banen zullen ontstaan door robotisering en digitalisering woedt een verhit debat onder wetenschappers.

En ze komt met een aantal oplossingsrichtingen.

Ombuigen van exclusieve arbeidsmarkt tot een inclusief alternatief

Er is op dit moment al een zeer aanzienlijke groep mensen die niet of nauwelijks meedoet op de arbeidsmarkt: naar schatting zo’n 1,7 miljoen als de uitkeringsgerechtigden uit diverse regelingen bij elkaar worden opgeteld.

De sleutel tot de oplossing om in de toekomst werk te hebben en te houden wordt gezocht in een leven lang leren. Door voortdurend te werken aan hun kennis- en vaardigheden zijn werknemers wendbaar en voorbereid op veranderende omstandigheden. Werkgevers dragen daaraan bij met strategisch hrm-beleid waarbij geïnvesteerd wordt in menselijk kapitaal. Hierdoor kunnen medewerkers bijdragen aan gewenste organisatieopbrengsten, zoals productiviteit, kwaliteit, flexibiliteit en efficiency.

De oplossing voor de toenemende uitsluiting is niet te vinden in het huidige arbeidsmarktbestel, maar vraagt om een fundamentele herziening. Daar zijn wij, als sociaal ondernemers, toch al aardig mee bezig 🙂

Lees verder over het ombuigen van de exclusieve arbeidsmarkt tot een inclusief alternatief.